Showtjes draaien
Blijf op de hoogte en volg Jan
14 Oktober 2014 | Japan, Takasaki
Van te voren was ik wel een bang dat ik niets zou lusten, maar dat viel erg mee. Er waren wel een paar dingen die ik niet lekker vond, maar het meeste was erg lekker en ik heb in ieder geval alles op gegeten. Dat kon ook bijna niet anders: je schuift de sushi in z'n geheel naar binen. Sojasaus toeveogen naar smaak en wasabi toevoegen naar dapperheid en gaan. Om de dorst te lessen stond er een potje groene thee poeder, wat je kon oplossen met behulp van de heet waterkraan die bij elke tafel aanwezig was.
Om af te rekenen schoof je je sushischaaltjes in een 'afvalsleuf'. Per vijf verorberde sushi's kwam er een anime-spelletje op het touchscreen voorbij waarbij je een prijsje kon winnen (een treintje in een plastic bal) wat dan vervolgens uit de automaat erboven kwam rollen. Al met al een totale Japanse belevenis.
De volgende morgen kreeg ik nog een paar cadeautjes mee: een zak groene oplosthee en de eetstokjes die ik bij mijn gastgezin thuis gebruikt had. We hadden nog een nacht in Takasaki te gaan maar de volgende nacht moesten we erg vroeg weg, vandaar dat we in een hotel logeerden. De maandagmorgen werd in beslag genomen door een optocht van de concertzaal naar het honkbalstadion. Onderweg speelden we “In the Stone” van Earth, Wind and Fire. Het arrangement was gemaakt als straatnummer voor de parades van Crown in 2011. Nog een leuk onderdeel van deze trip is dat we zo nog een aantal succesnummers hadden uit eerdere jaren. Zo speelden we “Our Town” en “Also Sprach Zarathustra” (misschien beter bekend als het deuntje van “2001: A Space Odyssey”) uit 2013.
De optocht was ontzettend leuk om te doen. De andere (Japanse) bands liepen er vrij strak bij terwijl wij meer en meer zwaaiden en gek deden. Dat viel goed bij het publiek en onder veel gejuich kwamen we dan ook bij het stadion aan. Na een opening hadden we daar tijd om te lunchen (wederom een bento) voordat wij het laatste optreden van het festival mochten verzorgen. Dat optreden ging wel aardig, zeker als je bedenkt dat we het in twee dagen in elkaar gestoken hebben. Geen staande ovatie, maar dat schijnt hier sowieso niet zo'n ding te zijn.
Een afsluitende finale met veel bedankjes en de twee gezamenlijke nummers later vertrokken we naar ons hotel vanuit waar we nog even op stap gingen met onze sectie en Steve (hij was als stafflid mee voor de hele brass, in de zomer is hij voornamelijk met de baritons en euphs bezig). Rond 18:00 vertrokken we met de bus richting een nabijgelegen berg waar ons afscheidsfeest was. Al onze gastgezinnen kwamen daar ook. Het vond plaats op het terrein van een Boeddhistische tempel, zodat we ook na de noodzakelijke speeches en het eten ook voldoende te doen hadden als de gesprekken met de Japanners even stokten. Zo konden we een 40 meter hoog beeld in voor een mooi nachtelijk uitzicht van de stad, wierook opsteken en wensen doen met verschillende rituelen. Overal stonden kaarsjes, kortom, het was een erg sfeervol geheel en een fantastische afsluiting van onze tijd daar.
Bij vertrek kregen we nog een cadeautje: een papier-maché wenspop van de god waar de tempel voor was neergezet. De pop heeft twee witte ogen: eentje daarvan dien je in te kleuren terwijl je een wens doet. Als de wens uitkomt, kleur je het andere oog in. Aan het eind van het jaar verbrand je het hele ding. Waar dit ritueel precies vandaan komt is ons niet vertelt, maar leuk is het zeker om zoiets mee te krijgen.
De volgende ochtend vertrokken we vroeg (maar niet helemaal zo vroeg als gepland) naar ons laatste optreden. Dat vond plaats in een conferentiecentrum met beurshallen, hotels en restaurants. Één van de hallen had tribunes rondom en dat was dan ook de hal waar wij een uurtje repeteerden en waar de taptoe plaatsvond. Rond 11:00 begon de eerste (high school) band en rond 16:00 mochten wij. Tussendoor aten we onze laatste bento, liepen wat door het nabijgelegen winkelcentrum en keken een aantal van de shows. Net als in Takasaki waren de bands erg indrukwekkend. Wel opvallend was de hoeveelheid Westerse muziek die ze speelden: bijna alle shows bestonden uit stukken die ik kende of wel eens van gehoord had. Zo hebben we drie keer 'Phantom of the Opera' gehoord. Misschien is Westerse muziek makkelijker te arrangeren voor dit soort bands, maar ik zou denken dat ze in plaats van een Amerikaans volksliedje net zo goed een Japans volksliedje zouden kunnen spelen.
En dan: het laatste optreden, het einde van het officiële gedeelte van de trip. De laatste keer in uniform, deze keer écht de laatste keer.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley